ZWOLSE COURANT
Marion Groenewoud

Tekstdichter Rob Chrispijn uit Vledderveen over liedjes en paddestoelen

'Alleen sterke soorten overleven'

23 okt 1999

'Een liedtekst moet vanzelf spreken maar mag niet voor de hand liggen', vindt Rob Chrispijn. Hij werd vooral bekend als tekstschrijver van Herman van Veen. Nu schrijft hij liedjes voor onder meer de jeugdserie Klokhuis, Liesbeth List (Noach en Kind van overzee) en onlangs een single {Naar het Zuiden) voor Paul de Leeuw en Fernando Lameirinhas. 'Liedjes schrijven is een anonieme bezigheid.' Rob Chrispijn is gewend aan het leven in de schaduw. Net als de paddenstoelen, waarover hij na vijf jaar intensief onderzoek een boek schreef. 'Als je paddenstoelen gaat kijken, ben je weg van de wereld. Vrij van alles dat zo nodig moet.'


'Ik was nog geen twintig toen ik een nummer van Bob Dylan hoorde. Desolation row. Ik was helemaal verkocht. Natuurlijk had ik graag zelf gezongen, maar ik werd niet voor niets vroeger de klas uitgestuurd omdat ik niet kan zingen. De teksten van Dylan spraken me erg aan. Hij verwoordde wat mensen voelen. Wat ik voelde in die tijd. Er waren weinig tekstschrijvers die ik echt bewonderde. Alleen Boudewijn de Groot en Len nart Nijgh.'

Rob Chrispijn heeft een etage in Amsterdam en woont daarbij al weer vijfentwintig jaar in het Drentse Vledderveen. Samen met zijn vrouw Annet Knosse, schrijfster/illustratrice van Egel en muis, een stripboek voor kinderen. 'Ik houd zowel van de stad als het platteland. Ik wil niet kiezen.'
Hij is in Wenen geboren in 1944. Tijdens een bombardement op de stad. 'Mijn vader werkte bij Wien Film. Als cameraman. Nou ja, hij zat op een camerawagen en was alleen verantwoordelijk voor het scherpstellen. Die dingen waren zo groot, die bediende je met meerdere mensen. Later moesten we vluchten voor de Russen en zijn met behulp van de Amerikanen naar Nederland teruggegaan.' Chrispijn is zijn carričre begonnen als chemisch analist. 'Ik ken alle chemische stoffen nog uit m'n hoofd. Het blijft fascinerend hoe stoffen op elkaar reageren. Daarom ben ik zo geďnteresseerd in paddestoelen. Dat zijn gewoon chemische reacties.
Ik was een bevlogen analist, maar de hele dag binnen zitten, dat zag ik niet voor me. Als ik uit het raam keek in de Sarphatistraat, werd ik helemaal niet goed. Ik wilde naar buiten. Vogels kijken bij het Slotermeer, een kwartier fietsen vanaf de stad. Dat deed ik al sinds m'n twaalfde.'

De bewerking van Leonard Cohens Suzanne was zijn eerste succes als tekstschrijver. Herman van Veen kwam de tekst tegen bij Polydor en wilde het meteen hebben. 'Ik heb veel aan Herman te danken. Er wordt inderdaad over hem geklaagd de laatste tijd naar aanleiding van zijn film Nachtvlinder. Ik heb de film niet gezien. Herman is een performer. En als performer moet je een beetje gek zijn, anders houd je het niet vol. Hij is een man met charisma. Iemand die zeer gedreven met zijn vak bezig is. Af en toe spreken we elkaar nog. Hij heeft nu veel succes in Duitsland met Duitstalige liedjes.
Ik heb dertien jaar met hem samengewerkt. Vrij intensief. Samen met componist Erik van der Wurff vormden we een soort redactie. Verder deed ik ook de productie van zijn albums. Als een zin niet goed liep kon ik er iets van zeggen of het bijstellen. Melk en honing is een van mijn favoriete liedjes.'

Cabaret

'Herman maakt theaterprogramma's die tegen cabaret aanzitten. Ik heb nooit van cabaret gehouden. Dat soort teksten schrijf ik niet. Cabaretteksten zijn vaak puntig. Ik heb drie jaar in die jury gezeten van de jaarlijkse Conamuswedstrijd om het beste kleinkunstlied. Dit jaar voor het eerst niet meer. Kees Torn won met een lied over 'een ommetje met zijn molletje'. Zelf zou ik zo'n lied niet hebben gekozen. Je hoort het een keer en dan weet je het wel. Ik houd van liedjes die universeler zijn.'

Chrispijn gaf enige jaren les op de Kleinkunstacademie en introduceerde daar het begrip 'emotionele logica'. 'Je moet als tekstschrijver voorkomen dat een luisteraar moet nadenken. De tekst moet vanzelf spreken maar mag niet voor de hand liggen.'
Het meest recente nummer dat hij schreef was Naar het zuiden, een nieuwe tekst op een bestaand lied van Fernando Lameirinhas. 'Ik ontmoette hem toen hij samen met Leonie Jansen optrad. Dat was een van de mooiste optredens die ik ooit heb gezien. Femando vroeg of ik zijn Portugese teksten wilde bewerken. Naar het zuiden wordt nu vertolkt door Paul de Leeuw. Hij doet dat mooi. Het maakt me wel degelijk uit wie mijn tekst zingt. Herman van Veen deed dat altijd goed.

De vertolker van een lied trekt natuurlijk alle aandacht naar zich toe. Vijftien jaar geleden was er helemaal geen aandacht voor tekstschrijvers. Je leeft in de schaduw. Dat hoort bij tekstschrijven. Een lied staat en valt dan ook met de vertolking ervan. Een zwakke tekst kan goed uit de verf komen door een sterke presentatie. Een mooie tekst kan heel gemakkelijk verziekt worden.'

Macht

'De witte limousine rijdt langzaam door de straat/waar zijn de soldaten/ hij krijgt het warm in zijn krappe uniform/zijn keel wordt dichtgeknepen/ hij wil wel wuiven naar de menigte/die staat te juichen langs de kant/ hij wil wel wuiven maar in de menigte/ staat een man met 'n revolver in zijn hand.' Veel liedjes van Chrispijn gaan over macht en machtsverhoudingen. 'Dat is geen toeval. Ik schrijf echter geen politiek geëngageerde teksten, maar meer over drijfveren van mensen. Macht is een belangrijk motief. Ik wil mechanismen blootleggen. Heel veel mensen beginnen goed en eindigen slecht. Daarom moeten bewindslieden op tijd aftreden vind ik, anders worden ze misdadig. Er zijn altijd genoeg handlangers die in de schaduw van een machthebber willen leven. Ze maken tenslotte zelf geen vuile handen.'

Het leven van Rob Chrispijn staat momenteel in het teken van paddestoelen, vanwege zijn pas uitgekomen boek Champignons in de Jordaan, waarvoor hij ook de foto's maakte. 'Nee, een lied over paddestoelen heb ik nooit geschreven. Alleen in het lied Princip op Herman van Veens album Iets van een clown staat een zin: Keizers teren op hun volk/ als honingzwammen op een boom'. Paddestoelen zijn toverachtig. Ze blijven boeien met al hun kleuren en vormen. Momenteel zijn er weer veel.
Ze gedijen goed zonder zonlicht in vochtige aarde. Het landschap gaat helaas achteruit in Nederland. Ieder stukje grond is bewerkt, functioneel gemaakt. Ook hier in Drenthe. Veel verkaveling. Ammoniak in de grond. Daar kunnen paddestoelen slecht tegen. Je ziet daarom meer van hetzelfde. Alleen sterke soorten overleven. Net als de vele brandnetels hier in het veld. Dat is echt jammer. Als je vogels of paddestoelen gaat kijken, ben je weg van de wereld. Van de mensen. Dan ben je pas echt open. Vrij van alles dat zo nodig moet.'



Marion Groenewoud